Paragraaf 4

Financiering

De paragraaf Financiering heeft niet alleen, zoals de naam doet vermoeden, betrekking op het aantrekken van gelden. Ook het storten (via schatkistbankieren) van (tijdelijk) overtollige middelen is relevant. Deze activiteiten vormen een onderdeel van de treasuryfunctie van de gemeente. Een adequate sturing op de geldstroom is noodzakelijk. Deze paragraaf gaat in op de vraag hoe we gelden zo optimaal mogelijk beleggen, dan wel aantrekken. De liquiditeitsprognose speelt hierbij een belangrijke rol.

Risicobeheer

Kasgeldlimiet

In de Wet Financiering Decentrale Overheden (FIDO) is een norm gesteld voor het maximumbedrag waarop de gemeente haar uitgaven met kortlopende middelen (looptijd < 1 jaar) mag financieren. Dit heet de kasgeldlimiet. De kasgeldlimiet bedraagt 8,5% van het begrotingstotaal en bedraagt voor 2016 € 6 miljoen. Zoals onderstaand overzicht aangeeft zijn wij in 2016 onder de gestelde norm gebleven:

bedragen x € 1.000

Kasgeldlimiet

Rekening 2016

Kasgeldlimiet aanvang begrotingsjaar

- 5.949

Omvang vlottende schuld

1e kwartaal

408

2e kwartaal

553

3e kwartaal

- 102

4e kwartaal

609

Renterisiconorm

De renterisiconorm is bedoeld om te voorkomen dat wij in een bepaald jaar geconfronteerd worden met, in verhouding tot de vaste schuld, forse renteherzienings- en herfinancieringsproblemen. De norm is gesteld op 20% van het begrotingstotaal. Voor Ooststellingwerf bedraagt de renterisiconorm € 14 miljoen. Dit betekent dat in 2016 de som van de vaste geldleningen waarvan de rente wordt herzien en de noodzakelijke herfinancieringen beneden de € 14 miljoen moest blijven. Onderstaand schema laat zien dat de renterisiconorm niet is overschreden.

bedragen x € 1.000

Rente risiconorm

Rekening 2016

Rente risiconorm

13.998

Aflossingen en renteherzieningen

Reguliere aflossingen geldleningen

9.600

Geldleningen met renteherzieningen

-

Totaal Aflossingen en renteherzieningen

9.600

Ruimte (+) / Overschrijding (-)

4.398

Leningenportefeuille

Leningenportefeuille opgenomen gelden

Leningenportefeuille opgenomen gelden

Eigen leningen

Woningbouw leningen

Bedrag

Rente

Bedrag

Rente

Stand per 1 januari

27.000

3,28%

6.552

4,31%

Nieuwe leningen

8.000

Reguliere aflossingen

- 9.600

- 60

Vervroegde aflossingen

-

Stand per 31 december

25.400

2,15%

6.492

4,34%

NB: het gemiddelde rentepercentage begin 2016 is als volgt berekend: rente 2016 / stand 1-1-2016. Het gemiddelde rentepercentage eind 2016: rente 2017 / stand per 31-12-2016. Voor de berekening van het gemiddelde rentepercentage is geen rekening gehouden met herfinanciering.

Het aandeel van de geldleningen opgenomen ten behoeve van de woningbouw is ruim 20% per ultimo 2016. Deze leningen zijn doorgeleend met een opslag op het rentepercentage. Sinds 1999 zijn er geen leningen meer verstrekt aan de woningbouwcorporaties. In 2016 is één lening algeheel afgelost voor totaal € 5 miljoen. Daarnaast is er een reguliere aflossing geweest van € 4,6 miljoen. De afgeloste lening is geherfinancierd met één lening van € 4 miljoen.

Schatkistbankieren

Vanaf 1 januari 2014 zijn alle decentrale overheden verplicht om te schatkistbankieren. Wat betekent dat alle overtollige liquide middelen, het saldo liquide middelen boven het drempelbedrag 0,75% van de begroting, moeten worden gestald bij het Rijk. Voor gemeente Ooststellingwerf betekent dit dat er gemiddeld een bedrag van € 525.000 (dit is 0,75% van het begrotingstotaal van € 69,9 miljoen) op de gezamenlijke bankrekeningen mag staan. Het saldo daarboven moeten we afstorten bij het rijk. Vanaf eind 1e kwartaal moest de gemeente Schatkistbankieren. In het 3e kwartaal is er € 47.000 teveel aangehouden op de gezamenlijke bankrekeningen. Zie tabel in hoofdstuk 8 (overzicht schatkistbankieren). Aan het eind van het jaar was er € 4 miljoen aangehouden bij het rijk. Dit saldo is onder andere tot stand gekomen door de uitbetaling afkoop Enexis, terugbetaling gemeente Leeuwarden met betrekking tot sociaal domein en het door de gemeente behaalde resultaat.